- Marieke van Eijk
Voor velen is Genesis 1-2 het bewijs voor het bestaan van de ‘natuurlijke’ man-vrouw verhoudingen en voor de ‘heiligheid’ van het heteroseksuele huwelijk. Er zijn echter ook andere interpretaties voorhanden. Feministische theologen stellen kritische vragen bij de ‘patriarchale’ lezing van de Heilige Schrift. Anderen roepen vragen op over de zogenaamde heteroseksuele norm in het scheppingsverhaal. Zo stelt Ken Stone in een bijdrage in het boek Take back the word: a queer reading of the Bible bijvoorbeeld dat het scheppingsverhaal ruimte laat voor niet-heteroseksuele normen en de mogelijkheid geeft in het eerste menselijk bestaan op aarde een androgyn wezen te erkennen, dus niet ‘Adam and Eve,’ maar ‘Adam, m/v.’
Maar niet iedereen kan of wil het scheppingsverhaal ‘genderdivers’ interpreteren en de binaire man-vrouw indeling, waar kerk en staat op zijn gebaseerd, loslaten. De discussies over de heilige indeling van mensen in mannen en vrouwen worden tegenwoordig verder aangewakkerd door de roep van ‘transgenders’ voor aansluiting bij diverse geloofgemeenschappen. ‘Transgender’ is een parapluterm voor mensen die, op verschillende wijzen, een discrepantie ervaren tussen hun geboortegeslacht en beleving man, vrouw of iemand ertussenin te zijn. Sommige transgenders gebruiken medische behandelingen om het lichaam zoveel mogelijk aan te passen aan hun identificatie als man of vrouw. Anderen veranderen het lichaam slechts gedeeltelijk omdat een androgyn uiterlijk hun beleving als noch man, noch vrouw beter tot uiting brengt. Weer anderen experimenteren met het dragen van kleding en haardracht van de ‘andere’ sekse. De indringende beleving een discrepantie te ervaren tussen geboortegeslacht en genderidentiteit problematiseert een van de meest primaire ordeningsprincipes van religie en samenleving. Het roept vragen op wat het betekent man of vrouw te zijn en wie tot welke categorie gerekend mag worden.
Voor gelovige transgenders kan de geloofsgemeenschap een waardevol ‘huis’ zijn tijdens en na het maken van levensveranderende beslissingen. Velen voelen zich geconfronteerd met vragen hoe uiting te geven aan de innerlijke beleving eengendered mens te zijn, en hoe om te gaan met een samenleving die worstelt genderdiversiteit te accepteren. Veel transgenders (gelovig en niet-gelovig) worden gediscrimineerd op de werkvloer, uitgescholden op school, en soms fysiek bedreigd op straat. Een religieus ‘thuis’ wordt echter niet door iedere geloofsgemeenschap geboden. In zijn boek Trans-gendered: Theology, Ministry, and Communities of Faith laat Justin Tanis zien dat veel transgenders aansluiting verliezen bij hun geloof omdat transgenderisme niet geaccepteerd wordt door de gemeenschap, hun levenswijze buiten bestaande boeken valt, en hun ‘zijn’ in de wereld de heilige twee-eenheid man en vrouw ter discussie stelt. Ook herkent niet iedere transgender zich in de preken en liederen die vaak de indeling man en vrouw bevestigen in plaats van bekritiseren.
Voor sommige geloofgemeenschappen zal een ‘queer’ of androgyne lezing van het scheppingsverhaal en andere heilige geschriften een brug te ver zijn. Echter, zo ver hoeft een gemeenschap niet te gaan om genderdiversiteit en transgender ‘zijn’ te accepteren. Transgender ‘zijn’ in de wereld geeft, gewild en ongewild, een unieke kijk op existentiële vragen over de scheiding van lichaam en geest, eigen keus en natuurlijk gegeven, en samenleving en individu – vragen die ten grondslag liggen aan een religieuze beleving van zijn en leven. Wellicht is het mogelijk in dialoog deze vragen en ervaringen te bespreken en gezamenlijk, geloofgemeenschap en transgender, tot een verrijking te komen van de religieuze zingeving in de hedendaagse samenleving.
Foto: Congregation door Kevin McGee (CC BY-NC-SA 2.0)